Smeedstukken die minder ontkolingslaag vereisen, moeten worden verwarmd door een beschermende atmosfeer. Smeedstukken kunnen niet te veel ovenbelasting zijn en gloeien moet minder zijn dan eenvoudig te bedienen.
Bij het normaliseren van het verwarmingsproces moet erop worden gelet dat het zacht loopt en onvoldoende wordt verwarmd. Wanneer de smeedstukken uit de oven worden gehaald voor luchtkoeling, let dan op het uit elkaar koelen, stapel de luchtkoeling niet op, verhoog de uniformiteit van de koeling.
Slanke staven moeten op planken worden gehangen en verticaal worden gekoeld om vervorming te voorkomen. Smeedstukken kunnen niet op de vochtige grond worden gestapeld om af te koelen om lokale uitdoving te voorkomen.
Wanneer u straal- of sproeikoeling gebruikt, moet u het smeden niet in één richting richten, let op de uniformiteit van de koeling om ongelijke hardheid en organisatie van het werkstuk te voorkomen.
Voor grote en complexe vorm van het werkstuk, moet in de lucht eerst snel worden gekoeld, afkoelen tot het werkstuk zwart rood tot langzame koeling, bijvoorbeeld het smeedstuk in de hete zandbak of ovenkoeling.
Voor koolstofarm staal of grote onderdelen die een hogere hardheid vereisen, verfijning van de organisatie, kiest u voor lucht- of sproeikoeling.